Ik zat vorige week te genieten tijdens een netwerkborrel in De Dieu, de sociëteit aan de Langestraat in Alkmaar. In het statige pand mag je een keer in de drie maanden als niet-lid over de drempel stappen. En als vrouw, deze herenclub is normaliter verboden terrein voor de dames. Kan natuurlijk allang niet meer in deze tijd, maar dat is weer een ander verhaal.
Ik ging weer eens bijpraten met een oude bekende. Als altijd was het meteen supergezellig, wij kennen elkaar al heel erg lang, nog langer dan onze kinderen oud zijn, dus we hebben heel veel zien gebeuren in elkaars leven. Je kan vrij lachen en er is altijd vertrouwen.
We hadden het over ‘Mannen die ertoe doen’. Dat was dus eigenlijk een t-shirt slogan voor leden van De Dieu, maar dat idee is om allerlei redenen afgewezen. Ik vind dat dan dus wel heel grappig, de dubbele lading in die slogan en dan ook nog bij een mannenclub. Want tegen wie zeg je dat dan eigenlijk, als je dat t-shirt draagt in de herensociëteit?
Maar het was wel een mooi onderwerp, waar ik nog wel even over nadacht. Want wie zijn de mannen die er voor mij toe doen? Hij hoort daar zeker bij, al die jaren een vertrouwd gezicht, een eerlijk verhaal en een grote lach. Ik zou hem bellen als ik in de puree zit, dan doe je er dus toe.
Zo kun je dus een lijstje maken van mannen die er toe doen en mannen die er niet toe doen. Die laatste schrijf je natuurlijk niet op, want ze doen er niet toe. Het eerste lijstje, met de namen die je wel opschrijft, daar is iets bijzonders mee.
In dat rijtje, met daarin natuurlijk mijn vader en mijn stiefvader, ooms, leraren, leuke exen, de behulpzame mannen van vriendinnen, de vrienden van vroeger en die van nu, de collega’s, de werkgevers, de buurmannen, de gezellige mannen en de leukerds uit de kroeg, bleef er een categorie mannen over. Deze categorie sla je snel over, je kunt ook geen namen opschrijven, de mannen maken, zo lijkt het, geen deel uit van je leven. Maar ze kwamen steeds in me op tijdens het maken van dat lijstje. Ik heb het over de onbekende man.
Die onbekende man werkt op de gemeentewerf, staat op de wagen voor het grof vuil, plant de plantjes op de rotonde, maait het gemeentegras en haalt de grijze, groene of nu ook oranje bak op. Hij brengt de post, helpt je bij de lokale bouwwinkel, staat op zaterdag in de groentenkraam op de markt, bakt een loempiaatje, schept op zondag de patat in de familiezak, lost een verstopping van de gootsteen op, legt een straatje of sleept je auto weg bij pech. Meestal met een grap en een lach, een lied of een soort van collegiale schreeuw over straat.
Dus als je me vraagt naar mannen die ertoe doen? Dan zeg ik vandaag: de onbekende man. Of vrouw, of hoe je je ook identificeert. Want zo is het ook weer. Mon Dieu.
Geef een reactie