Die eenzaamheid, daar hebben we het al over gehad en ik sluit zeker niet uit dat we het daar nog veel vaker over gaan hebben. Maar nu wil ik het hebben over iets wat er tegenaan leunt: alleen zijn. Vraag: wat is alleen, wat is alleenstaand ouderschap en zit er ook een voordeel aan?
Alleen zijn betekent net zoveel als niet met anderen zijn. Dus theoretisch klopt het niet dat ik alleen ben. Ik leef tenslotte met mijn kinderen in een huis, we zijn samen en ik deel het leven met ze. Uitzonderingen daargelaten; ik neem ze niet mee op date.
Dus: hoe kan je alleenstaand ouder zijn maar dus niet alleen zijn? Het antwoord is simpel. Je bent alleen als ouder in je gezin. Er is een hierarchie bij mij thuis, hoe open en gelijkwaardig ik ook met mijn (vroeger zei ik onze, dat zijn ze nog steeds natuurlijk, ook een onderwerp apart) kinderen omga. Uiteindelijk maak ik de dienst uit, ik bepaal en ik betaal.
Ik deel de grotere zaken met mijn ex, maar toch, ik doe het alleen. Iedere beslissing neem ik alleen. Daarmee sta ik er dus alleen voor: het is alleenstaand ouderschap. Het is niet makkelijk en het is echt alleen.
Nou is dat alleen zijn soms ook wel lekker, eerlijk is eerlijk. We kennen allemaal, bijna allemaal toch zeker, het gedoe van twee kapiteins op een schip. Hij zegt ja en jij zei nee en het kind gaat er met de poet vandoor. Nou, bij mij niet. Mijn ja is ja, mijn nee is nee. (Dat ik soms zo inconsequent als de pest bent, is nog steeds mijn keuze.) ‘Elk nadeel heb se voordeel’, zou de heilige nr 14 zeggen.
Voor mij klopt dat ja, voor de heilige nr 15 in dit huis is dit echt minder. Voor de heilige nr 13 overigens ook. Jammer voor ze, maar t balletje rolt mijn kant op: er valt geen spelletje meer te spelen met deze alleenstaande ouder. Jammer kinderen, jammer en dikke neus. Mag ik ook een voordeeltje hebben?
Geef een reactie